Als je met een Griekse trouwt krijg je haar hele familie erbij. En die laat je geen moment met rust. Dat was zon beetje de les die Ian Miller in 2002 kreeg toen hij de Griekse reisbureaumedewerkster Toula Portokalos datete. My Big Fat Greek Wedding was destijds een bescheiden succesje voor bedenkster, schrijfster en hoofdrolspeelster Nia Vardalos. De comédienne baseerde haar romantische komedie op eigen ervaringen die ze al eerder verwerkte in een solotheatershow en op de vele vooroordelen die opgingen over haar Griekse achtergrond en familie. De Grieken zijn ongelooflijk trots op hun achtergrond, doen werkelijk alles samen met hun familie, zijn beschermend en houden niet zo van buitenstaanders. Als je trouwt doe je dat met een Griek. Punt uit. Maar de Grieken zijn ook hartelijk en toen vader Kostas (Gus voor intimi) zag dat zijn dochter zielsgelukkig met een rasechte Amerikaan was, kon hij hun liefde niet langer ontkennen.
De romkom resulteerde in een korte televisiereeks, My Big Fat Greek Life en kennelijk vonden Vardalos en de haren het noodzakelijk om veertien jaar na dato nog met een vervolg aan te komen kakken. Van voortschrijdend inzicht heeft de grapjas nog nooit gehoord. Vardalos gooit de bekende clichés, die we in 2002 al tot in den treure voorbij hadden zien komen, nog maar weer eens in de herhaling zonder hier iets nieuws aan toe te voegen. In de openingsscène wordt al duidelijk dat er weinig veranderd is. De familieleden van Toula wonen allemaal in dezelfde straat in afzichtelijke huizen met witte marmeren beelden in de vorm van kitscherige mausolea. Vader Gus maakt er een sport van om elk Engels woord te herleiden naar het Grieks, een trucje dat hij graag aan zijn kleinkinderen overdraagt. Toula en Ian hebben een dochter die zich de grond in schaamt voor haar familie, die bij elke schoolbijeenkomst op uiterst luidruchtige wijze acte de présence meent te moeten geven. Een leven met een Griekse leef je nooit alleen en na ruim tien jaar is Ian nog steeds niet gewend aan het continu opdraven van zijn schoonfamilie.
Dat is het dan ook wel zon beetje wat betreft de basisingrediënten van My Big Fat Greek Wedding 2. Wellicht was Vardalos in de veronderstelling dat ze zo veel jaar later wel weer even de boel kon herhalen, maar zo makkelijk komt ze er niet mee weg. Zo heeft ze moeite om haar verhaal op te starten en haar themas te bepalen. Gaat het over de schaamte van dochter Paris en haar pogingen zich los te worstelen van haar beklemmende familie? Of de pogingen van papou om haar aan een Griekse vent te helpen? De pogingen van Toula om wat van het leven te maken nu de reisbranche is ingestort en ze zich in het familierestaurant moet zien te bewijzen? Of hun ingekakte huwelijk nu het ouderschap, werk en niet te vergeten de familie alle tijd opslokken? Nee, dit blijken slechts zijlijntjes, want met een titel over een Griekse bruiloft moet er natuurlijk getrouwd worden. En wat blijkt? Toulas vader en moeder hebben in de Griekse oorlogsjaren een huwelijk gesloten zonder de formele goedkeuring van een priester. De gênante situatie die dit voor de omgeving oproept wordt snel overwonnen en Gus en zijn (flink gebotoxte en vertimmerde) vrouw Maria moeten opnieuw in het huwelijksbootje stappen. Wat volgt is oeverloos geouwehoer over een officieel aanzoek, Maria die niet meer met haar onwettige echtgenoot wil praten en een heleboel trots en beschamende sketches.
De charme van het eerste deel is ver te zoeken. My Big Fat Greek Wedding 2 doet nog het meest aan als een televisieklucht. De tweede helft is overigens beduidend beter, omdat Vardalos hier in ieder geval haar positie heeft bepaald. Maar het wordt ook gedomineerd door klef gedoe en een te hoge feelgoodfactor. Veertien jaar na dato overschreeuwt de Griekse familie van Toula zich meer dan ooit.