Helen Hunt regisseert, produceert en acteert in de adaptatie van een boek van Elinor Lipman. Deze Joods-Amerikaanse schrijfster staat bekend om haar bitterzoete verhalen over onafhankelijke vrouwen die op zoek zijn naar hun lotsbestemming. De obstakels die in Then She Found Me op het pad van April komen zijn vrij heftig, maar de plot valt op zijn gezicht als blijkt dat regisseur, producent en actrice Helen Hunt eigenlijk helemaal niet zon groot hart heeft voor haar personages.
De New Yorkse schooljuf April Epner krijgt het zwaar te verduren als haar huwelijk op de klippen loopt, kort daarna haar moeder overlijdt en uit het niets zich een biologische moeder aandient. Met deze vrij ingrijpende gebeurtenissen heeft Hunt genoeg aanknopingspunten voor een tragikomisch getinte vrouwenfilm. Ze geeft haar personages echter weinig ademruimte, zelfs als er zoveel te verwerken valt. Je wil maar al te graag meeleven met April, maar sympathie is moeilijk omdat haar rouwproces onder het tapijt geveegd wordt om plaats te maken voor een veel aantrekkelijker verhaal over de ontluikende liefde tussen haar en de vader van een van haar leerlingen. April en haar nieuwe beau (Colin Firth) zijn echter geen sympathiek paar. Integendeel: hij is neurotisch op het irritante af en zij geeft zich over aan de ambivalente gevoelens voor haar ex. Hiermee geeft de film toe aan een maalstroom van vermoeiende telenovelleconventies.
In een tragikomedie is het belangrijk dat er een balans is tussen ernst en relativering, zonder uit het oog te verliezen dat sympathie voor de personages het belangrijkst blijft. Aan de acteurs ligt het in ieder geval niet. Bette Midler speelt leuk als de chaotische biologische moeder die op de meest ongepaste momenten een beroep doet op haar toegeëigende moederschap. Colin Firth is onmiskenbaar een perfecte acteur voor het genre en ook Helen Hunt zelf heeft haar strepen al meer dan verdiend in As Good as It Gets. De personages in Then She Found Me zijn de voornaamste oorzaak van een onaangename kijkervaring. Het is te wijten aan een lamlendig script en verkeerd inschattingsvermogen van Hunt als regisseuse. Ze grijpt namelijk teveel terug naar gemakzuchtigheid: als er dan ergens tóch een moment van oprechte emotie opduikt, smoort ze dat ongegeneerd met een flauwe grap die alleen op zijn plaats was geweest in een goeie Woody Allenfilm.
Het is teleurstellend dat een film met zon zelfverzekerde uitstraling en prettige sfeer verveelt. Then She Found Me komt een paar weken na Sex and the City uit en vertelt een ogenschijnlijk oprechter verhaal over zelfbeschikking en familiewaarden, maar toch is het zicht op Sarah Jessica Parkers Jimmy Choos meer de moeite waard dan de onsympathieke fratsen van een Birkenstock-dragende Hunt met een midlifecrisis. En er is iets goed mis als schoenen een betere uitlaatklep zijn voor ophooggevallen middenstandsvrouwen in New York dan het verlangen naar zelfontplooiing.