Julianne Moore heeft de rollen voor het uitzoeken in Hollywood. Op de één of andere manier komt ze altijd weer uit bij vrouwen die in de knoop zitten. Of dat nou is door de aantrekkingskracht van haar zwarte tuinman en een in de kast zittende echtgenoot in Far from Heaven, een zieke man en schuldgevoelens over een affaire in Magnolia of een affectieve kannibaal in Hannibal, de personages van Moore hebben het maar niet makkelijk. Savage Grace, gebaseerd op een waargebeurd verhaal, is geen uitzondering. Met Barbara Baekeland zet Moore weer een getroubleerde dame neer.
Brooks Baekeland (Stephen Dillane, The Hours), de rijke erfgenaam van het Bakeliet-emporium in de jaren 40, is niet gelukkig in zijn huwelijk. Zijn vrouw Barbara (Moore), een ex-filmster en decadente poseur doet niets liever dan zich begeven in hogere kringen, flanerend in mooie kledij en pronkend met haar man als het haar uitkomt. Waar ze echter het liefst mee pronkt is haar belangrijkste bezit, haar zoon Anthony (Barney Clark in het begin en later Eddie Redmayne, (Elizabeth: The Golden Age), een bleke, fragiele jongen die Barbaras aandacht verslindt. Anthony, die vanaf het begin af aan al homoseksuele trekjes vertoont, wordt de spil van Barbaras leven als Brooks het gezin verlaat, tezamen met Anthonys vriendin. Zonder de vader in het gezin wordt de relatie tussen moeder en zoon steeds intiemer. De pogingen van Barbara om haar zoon te laten slagen in de wereld -en dat houdt ook in het afleren van zijn geaardheid- zijn verwerpelijk en soms tot aan het incestueuze toe. Steeds meer verdwijnt Barbara in haar oppervlakkigheid, wat haar labiele karakter versterkt. Ook beginnen Anthonys schizofrene eigenschappen de kop op te steken, wat het verhaal een noodlottige wending geeft.
Ik weet niet wat ik moet vinden van Savage Grace. Julianne Moore speelt de sterren van de hemel als Barbara, en ook zoon Anthony wordt weergaloos somber en broeierig neergezet door Redmayne, maar voor een verhaal gebaseerd op waargebeurde feiten doet het allemaal wel erg melodramatisch aan. De zware themas en oogstrelende settings doen meer aan een dure versie van As The World Turns dan aan een biografie over een doorgeslagen moeder en haar verwarde zoon denken. Op geen enkel moment in de film vindt een gesprek plaats zonder dat er een interessante rekwisiet in beeld verschijnt (een sigaret, een oogverblindende jurk, een gitaar, een klassieke Citroën, noem maar op) om de scène een bepaald cachet te geven. Gecombineerd met de opgepoetste, kleurrijke dialogen krijgt het geheel een zeer gestileerd uiterlijk en dat is mijns inziens niet wat een verhaal als dit nodig heeft om te overtuigen.
Het lijkt alsof regisseur Kalin (Swoon) de levensstijl van de Baekelands, met alle oppervlakkige pracht en praal heeft willen weergeven in de mise en scène van de film. Daarmee slaat hij de plank mis: in plaats van een treurig verhaal over decadentie, trots en egoïsme heeft hij een film gemaakt die die elementen niet alleen als plotelementen maar ook als stijlelementen gebruikt. Het resultaat: niet alleen de personages, maar ook de film zelf is onsympathiek. Het is natuurlijk al lastig genoeg een verhaal te vertellen waarin geen van de personages een aantrekkelijke houvast voor het publiek is, maar als de hele look van de film ook nog eens pompeus en overdadig is, maak je het jezelf niet veel makkelijker.
Toch is Savage Grace geen volledige mislukking. Wat de film voor een gedeelte redt, zijn de personages zelf. Of eigenlijk de acteurs door wie ze gespeeld worden. Zoals aangegeven, is Julianne Moore een genot om naar te kijken. Haar Barbara Baekeland is werkelijk een helleveeg, met furie gespeeld en met de juiste hoeveelheid waanzin hier en daar. Moore heeft aanleg voor het spelen van vrouwen aan het eind van hun Latijn, dat had ze al bewezen, maar met Barbara Baekeland doet ze er nog een schepje bovenop. Eddie Redmayne, nog relatief onbekend, maakt van Anthony een jongen waarbij het meeste in zijn hoofd gebeurd: alles zit in de ogen en dat geeft het personage het juiste gehalte van onberekenbaarheid.