De auteursfilm, waarin de hand van de regisseur in terugkerende themas en vormelementen is te herkennen, maakte in de jaren zeventig de dienst uit in de Verenigde Staten. Een hele generatie jonge filmmakers veroverde de Amerikaanse filmwereld en hield die toppositie een aantal jaren vast met persoonlijke films die ze naar eigen inzicht maakten. Dat ze daar zo vrije ruimte en financiën voor kregen was een unicum voor Hollywood. De opkomst van de blockbusters eind jaren zeventig, de grote kassuccessen die de jaaromzet bepaalden, maakte daar echter een einde aan.
De auteurs verdwenen naar de achtergrond en velen verloren de stem die hun werk zo sterk en uniek maakte. Natuurlijk kende de Verenigde Staten in de jaren daarna nog wel echte auteurs die eigenzinnig te werk gingen, maar er was toch een verschil met het New Hollywood van de jaren zeventig. Bovendien opereerden ze vooral nog in de marge en moesten de meesten van hen regelmatig een onpersoonlijk commercieel product afleveren om het hoofd boven water te houden.
De laatste tien jaar lijkt er in de Verenigde Staten toch een nieuwe generatie eigengereide, bijzondere filmmakers op te staan. En net als 35 jaar geleden zijn sommigen ook nog eens goed bevriend met elkaar. Toevallig komen deze week de nieuwe films uit van de twee beste en nog altijd veelbelovendste auteurs van deze groep jonge filmmakers. Een tweede toeval wil dat ze ook nog allebei Anderson heten. Er is één groot verschil: daar waar Paul Thomas Anderson nieuwe dingen probeert en met There Will Be Blood zijn geringe oeuvre naar nieuwe hoogtes tilt, maakt Wes Anderson niets nieuws en is The Darjeeling Limited niet één van zijn beste films. Het is een onvervalste auteursfilm met dezelfde thematiek en stilistische keuzes als zijn vorige films. Maar dat het allemaal niet vernieuwend is, maakt de film niet minder ontroerend of grappig.
The Darjeeling Limited heeft het weer allemaal: de van elkaar vervreemde familieleden van wie er één de rest weer bij elkaar probeert te brengen, de moeizame onderlinge relaties, het pijnlijke verleden dat meegedragen wordt, vaak veroorzaakt door het ego van de ouders, de verlammende onzekerheid, de optimist die moet opboksen tegen de pessimist, de overheersende vrolijke melancholie en de bitterzoete sfeer. Helaas behandelde Anderson deze kenmerkende materie al beter in voorgangers Rushmore, The Royal Tenenbaums en The Life Aquatic with Steve Zissou.
Desalniettemin blijft het prettig vertoeven in het door Wes Anderson geconstrueerde universum dat zijn films zo speciaal maakt. Hoewel deze wereld overduidelijk puur filmisch is, slaagt Anderson er toch telkens weer in om echte mensen op te voeren en oprechte emoties door te laten sijpelen. Een subtiel gevoel voor humor, vaak voorzien van een licht wrange toon, helpt daarbij enorm. Evenals zijn muziekkeuze, die altijd bij de stemming past en de sfeer versterkt. Uiteraard komen de Rolling Stones voorbij en ook de klanken van The Kinks ontbreken niet. Voor de rest bestaat de soundtrack voornamelijk uit filmmuziek uit oude Indiase films, uiterst geschikt voor de setting.
Andersons gebroken familie bestaat ditmaal uit drie broers die per trein (de Darjeeling Limited) door India reizen. Op dwingend initiatief van oudste broer Francis komen de drie voor het eerst sinds de begrafenis van hun vader een jaar geleden weer bij elkaar. Francis heeft voor hen een spirituele reis gepland en uitgedokterd hoe hij hen weer fysiek en emotioneel bij elkaar kan brengen. De aanwezigheid van hun moeder diep in het binnenland speelt ook een rol. Voorafgaand aan de eigenlijke film wordt het verhaal van de jongste broer ook nog eens extra uitdiept in de korte film Hotel Chevalier met Natalie Portman en Jason Schwartzman.
Owen Wilson speelt de beste rol van zijn carrière als de droevige Francis die het allemaal goed bedoelt. Ook Adrien Brody en Jason Schwartzman halen het maximale uit het mooie materiaal dat Anderson hen heeft aangereikt. Ook diens eigen buitengewone, kleurrijke beeldcomposities en oog voor detail zijn weer volop aanwezig, ondanks het feit dat de film op locatie en grotendeels in een rijdende trein is geschoten. Visueel is dus ook The Darjeeling Limited weer een feest. Anderson mag dan niet vernieuwend zijn, hij blijft wel betrouwbaar.