We mogen zo aan het einde van dit jaar weer in onze handjes klappen, want er worden maar liefst twee Nederlandse korte films uitgebracht: Wereld van Stilstand en Valse Wals. Dit feit is op zichzelf al feestelijk, want het gebeurt maar zelden dat je in Nederland de kans krijgt om korte films op 35 mm te zien. Op basis van de kwaliteit hoeft u straks in de zaal echter niet tweemaal op te staan voor een ovatie, maar slecht eenmaal, en wel bij de kortste van de twee: Wereld van Stilstand van Elbert van Strien. Aan Valse Wals, tevens slotfilm van het 25e Nederlands Film Festival dit jaar, heeft het talent Mark de Cloe (1969) zich vergaloppeert door een onevenwichtige mengelmoes te maken van theater, dans en muziek.
Valse Wals kun je zien als een verfilmde theatervoorstelling in drie delen. Akte 1: de camera beweegt ritmisch op en neer, waarmee de titelsequentie op ingenieuze wijze in beeld wordt gebracht. De locatie is een Spaans zeemanscafé, waar de serveerster een schipper dronken voert. Ze trekken elkaar aan en stoten elkaar af in een lange, passionele dans. Dit wordt met veel gevoel voor ritme en timing neergezet door dansers/acteurs Ria Marks en Titus Tiel Groenestege. Lief zijn ze echter niet voor elkaar. Er wordt geslagen en met bloemen gemept tot ze bij elkaar in bed belanden en hun relatie is beklonken.
De volgende ochtend sluit het doek en begint akte 2. De twee zijn ouder geworden en gesetteld. Ze hangen op de bank voor de televisie en de jaren verstrijken. Soms dromen ze nog van een passionele dans, maar het komt er domweg niet meer van. Hij ziet zijn vrouw niet staan, en zij is niet in staat om de passie nog te doen opleven. Het tijdsverloop wordt mooi in beeld gebracht door scènes naadloos in elkaar over te laten lopen met minieme, maar veelzeggende detailwisselingen.
Akte 3. Bejaard zijn ze inmiddels en aan elkaar overgeleverd. Te moe om nog te fitten en te afhankelijk om elkaar te negeren. De twee oudjes sjokken met papieren zakken door Madrid. Ze hebben elkaar en dat blijkt op het einde van hun leven weer even voldoende als dat in het begin was.
Met Valse Wals heeft Mark de Cloe, bekend van zijn Boy Meets Girl Stories, zich laten inspireren door drie theaterstukken van het muziektheatergezelschap Orkater, waarin de rollen van man en vrouw ook door Marks en Tiel Groenestege op zich werden genomen. Deze drie stukken zijn redelijk intact gelaten en tot één film gesmeed, waarbij de acteurs meeschreven aan het scenario. Stilistisch verschillen de drie uitgebeelde perioden in de film sterk, en dat is zonder meer een gedurfde, te waarderen keuze van De Cloe. Jammer is dat de drie hoofdstukken van de film samen geen geheel vormen.
Vooral het derde gedeelte verschilt zo sterk van de eerste twee dat het lijkt of je naar een compleet andere film kijkt. De kijker wordt niet meer betrokken bij het lot van de twee door de afstandelijk gefilmde scènes, waarin de symboliek er veel te dik bovenop ligt. Dit derde deel is daarmee langdradig en flauw. Dat de man en de vrouw uiteindelijk weer uitkomen bij de zee, waarmee hun relationele cyclus is voltooid, wordt zo een geforceerd trucje om er een einde aan te breien.
Marks en Tiel Groenestege verdienen alle waardering voor hun fantastische dans en mimiek. Je concentrerend op hun spel, waan je je in een theaterzaal en realiseer je je tegelijkertijd dat het in deze vorm te zwak materiaal is voor een film. Vooral in het eerste en derde segment is de interactie met de gefilmde omgeving nihil en is het gewoon niet filmisch genoeg. Het tweede gedeelte dat zich op de bank afspeelt, en in de oorspronkelijke Orkater-versie toepasselijke 'Bankstel' heet, is om die reden juist veruit het meest belonend, en sluit het beste aan op De Cloe's eerdere werk.
Uiteindelijk is 'Valse Wals' niet meer dan een onevenwichtige registratie van een theatervoorstelling geworden met sterke dans en opzwepende muziek, waarin de mengeling van theater, dans en muziek niet tot een goede film heeft geleid.