Ratatouille
Recensie

Ratatouille (2007)

Pixar legt de lat voor westerse animatiefilms wederom een stukje hoger.

in Recensies
Leestijd: 3 min 33 sec
Regie: Brad Bird | Cast: Patton Oswalt (Remy), Lou Romano (Linguini), Ian Holm (Skinner), Brian Dennehy (Django), Peter O’Toole (Anton Ego) e.a. | Speelduur: 110 minuten | Jaar: 2007

Disney heeft sinds 1937 een groot aantal (westerse) animatieklassiekers gemaakt. Hele generaties zijn opgegroeid met films als Bambi, Dumbo, Fantasia, Peter Pan, The Jungle Book, Mary Poppins en vele andere originele films of adaptaties van bestaande bekende verhalen en sprookjes. Vlak voordat het definitief misging met Disneys eigen 2-D animatiefilms, halverwege de jaren negentig, kocht het bedrijf de 3-D animatiestudio Pixar op, ooit geboren uit een onderdeel van Lucasfilm. Sindsdien heeft Pixar de enige films van betekenis binnen de Disneystal geproduceerd. Terwijl de kwaliteit van Disneys eigen producties met een enorme vaart bergafwaarts ging, hield Pixar met de ene na de andere prachtfilm de naam hoog.

Het begon in 1995 met Toy Story en hield aan tot afgelopen jaar. Elke film was nog beter dan de vorige, het niveau van de animaties bleef maar toenemen en de originele verhalen en humor vonden weerklank bij zowel critici als publiek en bij zowel jong als oud. Pas vorig jaar werd de eerste misser gemaakt in de vorm van Cars, maar deze zomer slaat Pixar duizelingwekkend hard terug met misschien wel zijn beste film tot nu toe. Onder de bezielende leiding van Brad Bird (The Incredibles, The Iron Giant, The Simpsons) is Pixars nieuwste een feest voor oog, oor, hersens en hart geworden.

Bird was grotendeels verantwoordelijk voor het ludieke verhaal over de rat Remy die ervan droomt om chef-kok te worden. Terwijl zijn familie en omgeving de mens zoveel mogelijk mijden en zich vooral te goed doen aan afval, sluipt hij huizen binnen om culinaire hoogstandjes te eten. Dat gaat natuurlijk mis, en hij raakt verzeild in Parijs, vlak in de buurt van het restaurant van de inmiddels overleden chef Auguste Gusteau, Remy’s grote held. Hij sluipt er naar binnen en ontdekt dat hij daadwerkelijk in staat is tot het maken van een bijzondere lekkernij.

Maar ratten zijn uiteraard niet gewenst in een keuken en schoonmaker Linguini krijgt na een fantastische klopjacht door de keuken de opdracht om Remy in de rivier de Seine te dumpen. Deze jongeman zou ook graag kok worden, maar bakt er helemaal niks van. Dan gaat er een lampje branden: Linguini heeft het voorkomen van een mens en toegang tot de keuken, terwijl Remy gezegend is met een enorm kooktalent. Een van de leukste en origineelste duo’s uit de filmgeschiedenis is geboren.

Naast dit sterke team is de film gevuld met allerlei vermakelijke personages: zo zijn daar de slonzige broer van Remy en zijn strenge vader die Remy’s dromen maar onzin vindt. Zij staan allebei garant voor een aantal zeer plezierige momenten en plotontwikkelingen. Maar ook de mensen mogen er wezen, onder wie de wantrouwige souschef Skinner, de zure restaurantcriticus Anton Ego en de geest van wijlen Gusteau, die regelmatig aan Remy verschijnt, ondanks hun verschil in diersoort.

De vele heerlijke personages, de rijkelijk aanwezige humor en het inventieve verhaal dat voortdurend weet te verrassen en zelfs van de voorspelbare momenten iets fris maakt, zouden bijna doen vergeten dat de 3D-animaties ook exquis zijn. Met de scènes in het riool en rondom de Seine wordt een nieuwe mijlpaal bereikt wat betreft het animeren van water en minstens zo verbluffend is het geanimeerde Parijs gezien vanuit het perspectief van een rat.

Om het geheel compleet te maken heeft Michael Giacchino (The Incredibles, Mission: Impossible III, Lost) heerlijke muziek bij de beelden gecomponeerd, waarin hij zich van een veel luchtigere kant laat horen dan voorheen. De combinatie van lichte jazz en lichte Franse muziek past perfect bij het rijke visuele festijn dat Ratatouille is en tilt een aantal scènes die anders misschien niet zo goed hadden gewerkt naar een hoger niveau.

Ratatouille is dankzij het mooie verhaal en de creatieve uitwerking daarvan, de verrukkelijke humor, de zalige muziek en de prachtige animatie de beste film van Pixar tot nu toe geworden en dé zomerfilm van 2007. Zoals A.O. Scott al zei in zijn recensie in de New York Times: “Wat moet een criticus zeggen, als hij zoiets heerlijks krijgt voorgeschoteld? Zoiets inventiefs en traditioneel tegelijk, dat simpel doch elegant en verfijnd is? Soms volstaat het eenvoudigste antwoord. Dank u wel.”