Drag Me to Hell
Recensie

Drag Me to Hell (2009)

Sam Raimi kan nog steeds grappige horror maken. Bijna even leuk als de Evil Dead-films.

in Recensies
Leestijd: 2 min 24 sec
Regie: Sam Raimi | Cast: Alison Lohman (Christine Brown), Justin Long (Clay Dalton), Lorna Raver (Ms. Ganush), Dileep Rao (Rham Jas) e.a. | Speelduur: 99 minuten | Jaar: 2009

Sam Raimi keert terug naar zijn eerste liefde. Hij mag dan wereldberoemd zijn geworden met de Spider-Man-films, Raimi verkreeg in de jaren tachtig en negentig een grote cultstatus dankzij zijn drie Evil Dead-horrorfilms. Nu, na zestien jaar, maakt hij weer waar hij het beste in is: een spannende horror met een flinke dosis humor. Niet bepaald origineel qua concept, maar wel qua uitvoering. Zonder het al te bloederig te maken (zodat ook tieners de zaal in mogen) serveert Raimi een flinke dosis heerlijke smerigheid, cartoonachtige grappen, een enge sfeer en goede spanningsopbouw met effectieve schrikmomenten.

Toen de (oude) fans van Raimi lucht kregen van het feit dat zijn rentree in het horrorgenre als PG-13 gekeurd werd, schreeuwden ze moord en brand. Onnodig, zo blijkt nu. De horrorveteraan heeft zich inderdaad ingehouden in vergelijking met de gewelddadige taferelen in zijn oude films waar kettingzagen, afgehakte ledematen en een boom die een jonge vrouw verkracht ervoor zorgden dat de eerste Evil Dead in de jaren tachtig in Engeland verboden werd. Raimi maakt in Drag Me To Hell echter een simpel, onschuldig gegeven, zoals een oude vrouw die haar gebit uitneemt, eigenlijk minstens even smerig, gruwelijk en grappig. En de hoeveelheid slijm en andere onplezierige vloeistoffen waar je van kunt gruwelen liegt er ook niet om.

Ellen Page zou ooit de hoofdrol gaan spelen, maar in Alison Lohman heeft Raimi een prima vervangster gevonden. Lohman kwijt zich met verve van haar taak als Christine Brown, een financieel adviseur die op een promotie aast om de familie van haar vriendje, professor Clay Dalton, te behagen. Daarom weigert ze de lening te verlengen van mevrouw Ganush, die vervolgens haar huis verliest. Het oude vrouwtje voelt zich vernederd en spreekt een akelige vloek uit over Christine. Vanaf dat moment wordt ze belaagd door demonische krachten en is haar leven een hel op aarde. Dit resulteert in een aantal zeer spannende scènes waarin Christine steeds wanhopiger de vloek probeert af te weren. Sommige plotontwikkelingen en scèneconcepten zijn bijna clichés, maar dat deert niet door de originele, geestige manier waarop Raimi ze heeft uitgewerkt.

Door de uitstekende spanningsopbouw zijn de veelvuldige schrikeffecten echt effectief en niet afhankelijk van het geluidsvolume, zoals in zoveel matige horrorfilms. Maar wat Drag Me To Hell echt voor heeft op de concurrentie is de maffe humor van de Raimi’s (broer Ted schreef mee aan het script). Een dansende geit, humor met kleine katjes en een deus-ex-machina-moment dat zo uit een Road Runnercartoon zou kunnen komen - het zijn dezelfde soort grollen die de Evil Dead-films zo leuk maakten, maar dan minder bloederig (op het scherm tenminste). De geslaagde combinatie van humor, spanning, schrikmomenten en sympathieke personages maken er een echte Sam Raimihorror van. Alleen Bruce Campbell mist.