De befaamde green card, de Amerikaanse verblijfsvergunning, is van oudsher de heilige graal voor iedere buitenlander die in het land van de onbegrensde mogelijkheden aan de slag wil. Wayne Kramer kan het weten: ook hij verliet zijn geboortegrond Zuid-Afrika om het te maken in Hollywood. De inmiddels tot Amerikaan genaturaliseerde regisseur wil met zijn film Crossing Over de verschillende kanten van immigratie in de Verenigde Staten laten zien via de vervlochten verhalen van zes import-Amerikanen, van wie er een bij de immigratiepolitie werkt. Helaas gaat geen van de verhaallijnen de diepte in en blijkt Kramer de verschillende subplots ook nog eens met uitgedroogd plakband aan elkaar te willen hangen.
Zo legt hij de situatie van het fotomodelachtige stelletje Claire en Gavin naast die van de illegale Mexicaanse textielarbeidster Mireya. De naïeve Australische actrice Claire besluit haar werkvergunning via seksuele diensten af te kopen, terwijl haar zingende Britse vriendje Gavin zich voor zijn green card voordoet als een orthodox-joodse docent. Het leed van Claire en Gavin staat in geen verhouding tot dat van Mireya of dat van de Bengaals-Amerikaanse scholiere Taslima, die vanwege een controversieel schoolessay wordt verdacht van jihadisme en het land uitmoet. Het lijkt trouwens wel of Kramer zelf schrikt van het feit dat hij het in zijn film voor de islamitische Taslima opneemt, en tegenover deze gewaagde verhaallijn daarom een andere zet over eerwraak in een Iraans-Amerikaanse familie. Deze subplot rond de immigratiepolitieagent Hamid is een soort whodunit met als voornaamste conclusie: dit soort uitwassen tolereren we niet in de Verenigde Staten, we staan voor onze Amerikaanse waarden.
Dan zijn er nog de rebelse Chinees-Amerikaanse puber Justin, de Moeder Theresa-achtige vreemdelingenrechtadvocate Denise en Hamids collega Max, een door Harrison Ford gespeelde immigratieofficier met een ruwe bolster en Robin Hoodtrekjes. Eigenlijk is geen moment duidelijk waarom hij dit werk doet of waarom hij per se de jonge Mexicaanse Mireya wil redden. Hij mompelt op een gegeven iets over een dochter van zesentwintig die hij nooit ziet, en daar moeten we het dan maar mee doen. Zijn personage is te onuitgewerkt en te afstandelijk om als verbindend element tussen de verschillende verhalen te dienen. Dat Kramer er bij wijze van scenariocement elke drie scènes een luchtshot van Los Angeles tussendoor gooit, helpt ook niet bepaald; dit trucje wordt naarmate de film vordert steeds potsierlijker.
Crossing Over beschikt over een aantal aardige, zij het niet echt in één film thuishorende momenten, zoals de confrontatie tussen Justin en Hamid, Claire die haar corrupte immigratiedienstmedewerker de mantel uitveegt, de ontreddering van Taslima (Summer Bishil uit Towelhead) of Gavin die probeert overtuigend Hebreeuws te zingen. Maar de film kent ook veel zwakke, melodramatische scènes, vliegt alle kanten op en slaagt er niet in de verschillende verhalen tot een bevredigend geheel te smeden. Kramer moet een Traffic of Babel-achtige mozaïekfilm in gedachten hebben gehad, maar biedt zijn publiek uiteindelijk weinig meer dan een rafelig broddelwerkje.