Al bijna een kwart eeuw is Aung San Suu Kyi hét gezicht van de Birmese strijd voor democratie. De Nobelprijswinnares vertrok eind jaren tachtig vanuit Londen naar haar geboorteland Birma (het huidige Myanmar) om haar zieke moeder te bezoeken. Daar waren ze haar nog lang niet vergeten. De politica kwam terecht in een situatie van grote onlusten, waarbij de tegenstanders van het militaire regime met harde hand de mond werd gesnoerd. Het volk zag in haar de vrouw om de junta met geweldsloze middelen te lijf te gaan.
Suu Kyi is de dochter van generaal Aung San die vlak na de Tweede Wereldoorlog Birma losweekte van het koloniale juk. De militair wordt gezien als de man die Birma naar de onafhankelijkheid leidde en is tot vandaag de dag nog uitermate geliefd. Hetzelfde geldt voor zijn dochter, die in totaal maar liefst vijftien jaar in huisarrest verbleef, maar al die tijd voor veel Birmezen de hoop op democratie hoog hield.
Uitgerekend Luc Besson stelde zich tot taak om het levensverhaal van Aung San Suu Kyi te verfilmen. Scenariste Rebecca Frayn sprak jarenlang met de entourage van de Birmese volksheldin. Frayn maakte de keuze om Suu Kyis levensloop voor een groot deel vanuit het gezichtspunt van haar man, Michael Aris, te vertellen. Suu Kyi ging in de jaren zeventig met de Britse wetenschapper in Londen wonen. Ze kregen twee zoons, Alexander en Kim.
In een gehaaste proloog zien we nog de vader van Suu Kyi zijn dochter mooie verhalen vertellen over het oude Birma. Hij mijmert over de goede oude tijd voordat de Britten en de Japanners er de baas werden. Een scène later zien we de laffe moordpartij op generaal Aung San, waarmee de prille hoop van het nog maar net onafhankelijk verklaarde Aziatische land opnieuw de kop werd ingedrukt. Vervolgens maken we een flinke sprong in de tijd en ontmoeten we Michael Aris die in de jaren negentig te horen krijgt dat hij aan een terminale vorm van kanker lijdt. Na nog meer gegoochel met de chronologie belanden we dan uiteindelijk een jaar of tien eerder bij Suu Kyi die vanwege een beroerte van haar moeder naar Birma afreist.
Eenmaal aangekomen in haar onrustige geboorteland wordt Suu Kyi gelijk met de neus op de bloederige feiten gedrukt. Als ze in haar geboortehuis, haar toekomstige gevangenis, aankomt wordt ze overladen met bezoekjes van intellectuelen en vrijheidsstrijders. Besson weet niet echt duidelijk te maken waaraan Suu Kyi haar immense populariteit en collectieve vertrouwen te danken heeft, afgezien van haar enorme charisma. Over de periode voor haar vertrek naar Londen komen we niet veel te weten. Als Suu Kyi voor het eerst wordt opgesloten in haar eigen huis doet de uitgelezen gelegenheid zich voor om haar personage verder uit te diepen, maar Besson blijft voortdurend heen en weer schakelen tussen Rangoon en Londen, waar man en kinderen verblijven.
Als geschiedenislesje is The Lady een warboel die van incident naar incident hobbelt en de nodige verduidelijking behoeft. Er wordt bijvoorbeeld nauwelijks ordening aangebracht in de periodes van huisarrest van Suu Kyi, noch wordt er veel uitleg gegeven over haar achtergrond en historisch-maatschappelijke positie. Het militaire regime was zeker meedogenloos, maar wordt door Besson karikaturaal neergezet. Zo worden de generaals haast amusant woest als hen weer iets over Suu Kyi wordt ingefluisterd en maken ze zonder pardon korte metten met hun politieke tegenstanders. Besson lijkt het schaamteloos als excuus aan te grijpen om actie en sensatie aan deze biopic toe te kunnen voegen.
Doordat de focus zo sterk op echtgenoot Aris ligt, krijgen we slechts een versnipperde indruk van het karakter van Aung Sun Suu Kyi. Tijdens een laatste hereniging met haar echtgenoot verzucht ze dat ze zo ongeduldig en koppig kan zijn. Deze eigenschappen kwamen in de voorafgaande twee uur nauwelijks aan bod, want Suu Kyi komt vooral naar voren als een geliefde en vreedzame verzetsstrijdster die niet voor haar verantwoordelijkheden en de wens van haar volk wegloopt. Michelle Yeoh weet de sereniteit en geestdrift van de Birmese goed over te brengen, dus aan de Maleisisch-Chinese actrice heeft het zeker niet gelegen.
The Lady klokt ruim twee uur maar wordt afgeraffeld nadat Aris overlijdt. De latere gebeurtenissen worden er in sneltreinvaart doorheen gejast. Het is illustratief voor Bessons onzorgvuldige aanpak, maar ondanks de ontelbare schoonheidsfoutjes is zijn biopic over deze hedendaagse legende toch de moeite waard. Het kan echter geen kwaad om je van tevoren wat in te lezen in de geschiedenis van Birma.