Shibutani Subaru was donderdagavond in Rotterdam voor de wereldpremière van La La La at Rock Bottom, waar hij de hoofdrol in speelt. Wie? Shibutani Subaru is een in Japan enorm beroemde zanger in de popgroep Kanjani Eight, die ook zijn schare fans heeft in Nederland. Hij gebruikt de film om zijn solocarrière te lanceren, en gaf daarom ook na afloop van de première in het Oude Luxor een gratis concert. De combinatie film met muzikant plus optreden van muzikant direct na afloop levert een leuke festivalervaring op.
Eigenlijk kun je het niet meer het Oude Luxor noemen, want het Luxor Theater is volledig gerenoveerd. Het is een flinke verbetering. Het ziet er een stuk mooier uit en de sfeer is meteen beter. Fijn voor de fans van Shibutani, die al lang voor aanvang van de voorstelling in de rij staan om hun idool op het witte doek én het podium te zien. Zodra de deuren opengaan, bezet zijn voornamelijk vrouwelijke aanhang de voorste rijen. Als hij samen met regisseur Yamashita Nobuhiro (die eerder het fantastische Linda Linda Linda maakte) voor de film eventjes het podium betreed, stijgt er een gegil op uit die rijen.
La La La at Rock Bottom doet al snel denken aan Nobuhiro's Linda Linda Linda van tien jaar geleden, omdat men daarin ook een band probeerde op te zetten voor een optreden, met een zoektocht naar het juiste liedje daarvoor. Toen ging het om meisjes op de middelbare school die een punkband beginnen, ditmaal gaat het om een gangster met geheugenverlies, die zich niets meer kan herinneren behalve één liedje. Een tienermeid die manager is van een kleine studio en een band neemt de verloren man in huis, en lijft hem in als zanger van de band. De rest laat zich wel min of meer raden.
In vergelijking met Linda Linda Linda is La La La at Rock Bottom een stuk conventioneler, zowel wat betreft het verhaal als qua muziekstijl. Linda Linda Linda had toch een unieker stijl en personages, en de vrolijke covers van Japanse jaren tachtig punk pasten daarbij. De popmuziek in La La La at Rock Bottom is toch wat gewoontjes, net zoals het wel erg voorspelbaar uitgewerkte plot. De humor is gelukkig nog steeds aanwezig, vooral die jonge manager heeft op dat gebied heel wat in haar mars. Daardoor telt de film genoeg leuke momenten om te voorkomen dat hij gezapig wordt, en een prettige ervaring blijft.
[rating 3.5]
Eerst is er na de film nog een Q&A met regisseur en ster, waarbij de vragen vooral van de fans van Shibutani komen, in het Japans. De vertaler moet flink aan het werk. En natuurlijk was het gegil weer niet van de lucht bij zijn opkomst. Het publiek gaat echter pas echt los als het filmdoek omhoog gaat en de gastband voor deze avond al klaarstaat om Shibutani te ondersteunen. Hij opent meteen met een mondharmonicasolo, en blijkt dan een cover te spelen van... The Piano Man van Billy Joel. Daarna speelt hij twee Japanse nummers, ééntje uit de film en een eigen lied.
En dan is het optreden opeens alweer afgelopen. Kort maar krachtig. Eigenlijk is het muzikale hoogtepunt van de avond de spontane zang van de fans hierna, die proberen hem terug te laten komen voor een toegift. Het mag niet baten, maar hun melodie is eigenlijk mooier dan de tamme muziek van het concert zelf. Desalniettemin is het natuurlijk een ontzettend leuk toetje na de film, dit optreden van de zanger uit de film, net nadat die is afgelopen. Het zou niet misstaan als dit vaker in Rotterdam zou gebeuren.
Kijk tijdens het festival op de speciale IFFR 2015 pagina voor meer verslaggeving.