Berlin Calling

Reviews (1)

Blight

Avatar

Berlin Calling is een vermakelijke film die op zichzelf niet echt excelleert, maar wel uitstekend promotiemateriaal is voor Paul Kalkbrenner en het platenlabel waarbij hij is aangesloten.

Het verhaal vertelt over DJ Ickarus en hoe hij haast ten onder gaat aan overmatig drugsgebruik, waarna hij zichzelf weer moet weten te hervinden in een soort cross-over van een gekkenhuis en een rehabilitatiekliniek.

Tijdens één van zijn gigs krijgt Ickarus van een foute vriend drugs aangeboden welke te veel van het goede blijken te zijn voor de toch al zwaar benevelde DJ. Zwetend en zwalkend zien we de hoofdpersoon door de straten van de electronische muziekhoofdstad Berlijn dwalen, tot hij uiteindelijk op hilarische wijze wordt aangetroffen door een ober in diens restaurant. Deze gebeurtenis, welke naar de kijker kan aannemen volgde op eerdere soortgelijke incidenten, zorgen er voor dat Ickarus moet worden opgenomen in een kliniek ter rehabilitatie.

In deze zorginstelling ontfermt de sympathiek ogende maar iet wat overdreven verzorgende Dr. Petra Paul haar vleugels over de gevallen artiest. Zij staat Ickarus toe om zijn muziekapparatuur naar de kliniek te laten brengen, en helpt Ickarus' zodoende in het realiseren van zijn meest recente inzicht welke hem deed beseffen dat zijn nieuwe album toch te lang op zich laat wachten.

Echter, voor dat het zover is maakt Ickarus in de kliniek kennis met de meest vreemde karakters en gaat zijn herstel gepaard met de nodige tegenslagen, die hij zich voornamelijk zelf in de hand werkt. Door misbruik te maken van zijn status als populaire DJ weet Ickarus de jonge Alex (een sterk spelende Max Mauff) meermaals te overtuigen tot het toelaten van zeer ontoelaatbare praktijken. Dit gepaard met zijn (tot dan toe) ongewilligheid om zijn leven te beteren en zijn gevoel van gevangenschap in de kliniek, leiden er toe dat Ickarus botst met zijn vriendin, platenbaas Alice (een duidelijke knipoog naar Bpitch Control manager Ellen Allien) en vooral zichzelf.

Tussen dit alles door spelen er nog wat subplots, welke helaas niet erg veel toe lijken te voegen aan het verhaal. Dit is vooral jammer omdat het verhaal zelf het grootste gedeelte van de film nét niet weet te boeien. De film moet het dan ook vooral hebben van de mooie beelden en de sterke soundtrack, waardoor het geheel soms aanvoelt als een lange reclame voor het laatste album van Paul Kalkbrenner, in plaats van een echte film.

Ondanks dit alles bewijst Paul Kalkbrenner een alleskunner te zijn, en heeft hij de film tot een vermakelijk geheel weten te maken vanwege zijn goede acteerprestaties en door de hem briljant gecomponeerde soundtrack. Tel hier de aanwezigheid van een aantal bekende gezichten uit de electronische muziekscene bij op (Sascha Funke, Housemeister, Onze e.a.) en de liefhebber heeft een vermakelijke avond.